Reistest Suzuki DL650 ABS

Share Tekst en foto's: Kris Van der Stockt
Harmonieus en rustig, zo omschrijf je in enkele woorden de Berry, een authentiek stukje platteland in hartje Frankrijk. Eenvoudig maar verrassend, net zoals Suzuki's kleine V-Strom die voor de gelegenheid was opgezet met passend toe(r)behoren (koffers en Vario-scherm).
Bestemming Berry Een weekje motorrijden "au coeur de la France", op het ritme van de boerenbuiten, hiervoor spreidden we maar al te graag ons bed. Een lappendeken van groen en geel, zeg maar malse weilanden en wuivende koolzaadvelden, wisselde er zwijgzaam af met versterkte boerenhoven in verstilde dorpjes. Een natuurlijk en ongekunsteld landschap welk de 19e-eeuwse schrijfster George Sand zo romantisch in haar boeken had beschreven en dat we nu in haar spoor mochten ontdekken.
Ook begin april speelde de Loire scherprechter tussen goed of slecht weer. Nochtans hadden we op de heenreis niets van overschot gehad in het zadel. Niet dat dit laatste ongemakkelijk zat of onvoldoende plaats bood aan rijder en passagier, wel integendeel. Maar met een grauwe namiddaghemel boven ons hoofd en nog geen 10° C aan de neus hadden we toch af en toe de billen toegeknepen. Geheel volgens schema en zonder een spatje regen evenwel hadden mens en machine de 450 km naar Orléans moeiteloos verteerd. Knaap met ballen Op de autosnelweg had de DL650 zich dan ook als een grote jongen gedragen. Om te beginnen had ik amper het gevoel dat we hier met een knaap uit de middenklasse te maken hadden. Ondanks de slanke vorm heb je namelijk heel wat motor onder je kont. Waar voor je geld heet zoiets en dat telt in tijden van euro- en bankencrisis nog altijd voor twee. Maar hiermee lopen we op de zaken vooruit.
Wie afgaat op het brave uiterlijk van de Soes en de bescheiden specificaties van het motorblok komt anders gezegd bedrogen uit. Het toerkarakter dat de jongste telg van de V-Stromfamilie in 2011 werd aangemeten, is namelijk van een niveau dat menig van oren en poten voorziene groottoerder ter plekke zou doen blozen. Zorgde het koppel in de onderste regionen voor gezapig stuurwerk op de landelijke wegen van de Indre en de Cher, dan zette het Vario-scherm ons alvast uit de wind op de A10 eens voorbij Parijs. Een accessoire dat elke euro waard is, zeker als je lange tijd in het zadel dient te vertoeven.
Comfortabel en ontspannen Kleine dingen maken nu eenmaal het verschil. Degelijke windbescherming behoort daar zeker toe, evenals goede spiegels. Hoe belangrijk deze laatste ook zijn vanuit het oogpunt der veiligheid, zelden slagen zij de test. Nu eens zijn ze te klein, dan weer zie je alles en iedereen behalve je achterligger, maar dat ze trillen dat het een lieve lust is, daar kan je altijd van op aan. Verrassend genoeg presteerden de doodgewone achteruitkijkspiegels op onze V-twin zichtbaar beter dan wat we de jongste jaren mochten aanschouwen. Zelfs goed boven de 130 km/u hadden we geen last van enig wazig zicht en dan flirtten we toch al met de reglementair toegelaten snelheid op de Franse snelwegen. Die eerste avond noteerde ik alvast in grote letters dat de V-Strom je comfortabel, zeg maar fris en monter, in rechte lijn van A naar B brengt, zelfs al zitten daar wat kilometers tussen. Een prima windbescherming maar ook een ontspannen zithouding doen je inderdaad niet kijken op een kilometer meer of minder. En met een tankinhoud van 20 liter en een gemiddeld verbruik van 5 liter op 100 km (!) moet je niet direct op zoek naar een tankstation in Frankrijk. En dat kan soms wel eens van pas komen, geloof me vrij! Het parcours dat Aurélia Gaudio voor ons had uitgestippeld in haar "pays berrichon" was om je vingers van af te likken. Toch had de V-Strom er al een deftige ochtendrit opzitten, dwars door het verstilde plassenlandschap van de Sologne, toen de jongedame ons met een stralende glimlach stond op te wachten aan het kasteel van Valençay. Het statige Loire-kasteel, waar Napoleon zijn gasten in de luren liet leggen door zijn sluwe minister Talleyrand, kon niet beter gekozen zijn om ons te ontvangen in de Berry!
Soepel en speels Van het kasteel van Valençay naar dat van Bouges, een geschenk van Talleyrand aan zijn geliefde nicht, was het amper 15 km in vogelvlucht. Over stoffige baantjes regen we al gauw het dubbele aan onze wielen. Tot groot jolijt van de Suzuki die van bij de start zijn tanden had gezet in de achterbumper van onze lieve gids. Bepakt en bezakt met twee volwassen personen, drie volgeladen koffers en torenhoge tanktas ging het sturen verbluffend vlot op de bij momenten toch wel smalle wegen. Met dank aan de verstelbare draaiknop achteraan, waarmee je in een handomdraai de veervoorspanning op de achterschokdemper kan aanpassen in functie van het gewicht.
Akkoord, met een vermogen van net geen 70 pk gooi je geen hoge ogen aan de toog. Aan het stuur, en meer bepaald op die kleine wegen langs de ontelbare meertjes van de Brenne, stelde het 645 cc metend blok nochtans niet teleur. Bovendien zorgde een soepele en voorspelbare vermogensafgifte voor het nodige vertrouwen aan zijn piloot. Iets wat de speelse inborst van deze motorfiets ten goede kwam, zeker onder dat aanstekelijk lentezonnetje. Reigers, futen of roerdompen hebben we dan ook in de verste verte niet gespot, helaas!
Van de twee departementen die samen het gezicht van de Berry bepalen, heeft dat van de Indre bij motorrijders allicht een streepje voor op de Cher. Net op het moment dat dit vlak tot licht golvend landschap haast oneindig lijkt, steken in het uiterste zuiden de granieten uitlopers van het Centraal Massief de kop op. Gans ons hebben en houden, inclusief de stinkende geitenkaas uit Valençay, hing dan ook in een mum van tijd aan de motor, daar op de parking van Hôtel Le Prieuré in Saint-Marcel. Niks dan lof trouwens voor het gemak waarmee zowel de topcase van 42 liter als beide zijkoffers zich lieten vastklikken aan het rek. Kunststof oogt dan wel niet zo robuust en avontuurlijk als aluminium, voor een weekje toeren met twee in de beschaafde wereld voldeed de kofferset ruimschoots. Of ze effectief één voor één waterdicht zijn, konden we (jammer genoeg?) niet uittesten...
Vallei van de Creuse Van Argenton-sur-Creuse tot Crozant volgden we met veel aandacht de rivier. De Creuse heeft zich dan ook op een picturale wijze in het landschap ingesneden. Toch blijkt ze flink wat van haar pluimen verloren te hebben door de nabije hydro-elektrische centrale. Zijn de schilders van weleer verdwenen, dan zijn het nu de badgasten die de waterrecreatie rond het stuwmeer komen opzoeken.
Natuurschoon, maar ook de bekoorlijkheid van plaatsen als Argenton (het Venetië van de Berry!) en Gargilesse (één van de "mooiste dorpen van Frankrijk") zette de Suzuki - meer dan hem lief was! - aan de kant. Het mooiste zicht op de kasteelruïne van Crozant kregen we trouwens door de motor achter te laten in het onooglijke Saint-Jallet, waar een wandelweg ons door het groen naar de Rocher des Fileuses leidde. Een schilderachtig uitzichtpunt dat menig impressionist destijds inspireerde en dat we gelijk tot het mooiste van deze reis mochten rekenen.
Na dit hoogtepunt in de Val de Creuse verliep alles opnieuw wat rustiger in Le Pays de Châtre, de beminde streek van George Sand. Net het sterke koppel in de onderste regionen maakte het toeren met de V-Strom zo gemakkelijk en vanzelfsprekend. Als er dan toch eens snedig opgeschakeld werd, zoals op dat seduisant stukje richting Neuvy, dan leek de versnellingsbak wel een pakje melkboter!
Niet alleen de zes versnellingen lieten zich één voor één op geen foutje betrappen. Ook het soepele motorblok gaf je van bij de start het volste vertrouwen voor de rest van de dag. Niet onbelangrijk voor een commuter bike die de weg naar het avontuur niet schroomt. Nu had Aurélia niet meteen bospaden of zandwegen op de kaart gezet (wat het ruwer schoeisel van de Soes op het eerste zicht wel toeliet), maar met een keur aan welgekozen baantjes kreeg de V-Strom eindelijk eens iets anders dan de dagelijkse filewegen onder de wielen geschoven.
Reizen met de motor, het blijft altijd een beetje "tsjollen", zoals onze Westvlaamse vrienden plegen tezeggen. Zeker wanneer je een goed gevuld programma als het onze mocht afwerken. De toeristische dienst van de Berry zag ons blijkbaar graag komen en had kosten noch moeite gespaard om hun streek de bekendheid te geven die ze verdiende. Motor op en motor af, een korte rondleiding, wat foto's en daar wachtte ons alweer iets moois. Telkens opnieuw met een karrenvracht aan toeristische folders en brochures tot gevolg! Gelukkig had ik die overjaarse tanktas van m'n ranke KLE500 nog gevonden, welke zich perfect met riemen liet vastgespen op de overigens al even smalle tankpartij van de DL650. Een goedkope maar efficiënte oplossing voor een logistiek probleem, want met een smal oplopende benzinetank uit kunststof mag je een brede tanktas met magneetflappen natuurlijk vergeten. En om een origineel V-Strom-exemplaar te bestellen, was er jammer genoeg geen tijd meer geweest. Plaats genoeg met andere woorden om wat extra's mee te nemen. Zo vochten zich deze keer zelfs enkele boeken een weg tussen de vuile was in één van de zijkoffers. Hoogst ongewoon voor iemand bij wie je niet meteen centimetersdik leesvoer onder het slaapkussen zult vinden!
Pays de George Sand Of misschien toch niet, want nergens voel je beter de aanwezigheid van de pijprokende, in mannenkleren gehulde George Sand dan in haar huis te Nohant. Even bekend als haar tijdgenoot Victor Hugo (die ze opmerkelijk genoeg nooit zou ontmoeten), maar ook berucht, want als vrijgevochten vrouw én gescheiden moeder nam ze voor die tijd geen blad voor de mond. Toch loop je in Nohant niet zozeer de schrijfster tegen het lijf, maar wel de liefhebbende moeder en charmante gastvrouw. Schrijvers als Balzac en Flaubert waren er vriend aan huis en niemand minder dan Frédéric Chopin zou hier aan haar zijde zijn mooiste pianostukken schrijven.
Holle wegen, verwilderde bosjes, watermolens, kastelen en kerkjes, noem maar op, je kan geen stap zetten in de wijde omgeving van La Châtre of je komt haar naam wel tegen. De talloze plekjes uit haar jeugd waarover ze zo vaak schreef, je kan het allemaal bezoeken als je dat wil. Wij echter mochten de Soes eens serieus aan de oren trekken, want in Sainte-Sévère-sur-Indre hadden we een dringende afspraak in een héél ander huis… Een excuus als een ander om eens in versnelde pas uit de hoek te komen. Donkere wolken waren inmiddels helemaal voor de zon geschoven en op een handvol tractoren en een enkele auto na had geen enkele tegenligger ons pad gekruist. Pakt de motor bijzonder goed op in lage toeren, ook wanneer het toerental eens breed mag worden uitgesmeerd, reageert deze alert op het gas, zo luidde de conclusie achteraf. Iets wat de gemiddelde motorrijder echt wel weet te waarderen en dat het allroundkarakter van deze motorfiets nog scherper in de verf zet. Wellicht trekt het kleine Sainte-Sévère met zijn overdekte markthal en middeleeuwse stadspoort wat meer volk in de zomer, maar toen wij er enkele verkennende rondjes rond het stenen kruis op het marktplein draaiden, was er nauwelijks een levende ziel te bespeuren. Dan was er toch wat meer volk in La Maison de Jour de Fête, de publiekstrekker van het dorp zo te zien.
Binnen in het filmmuseum werden we op een originele manier vergast op een visueel spektakel. Op deze plek immers had de bekende Franse filmregisseur Jacques Tati zijn eerste langspeelfilm 'Jour de Fête' gedraaid in 1947. Een komische film die was gemaakt in de euforie na de oorlog, in samenwerking met het hele dorp dat de herinnering aan "zijn" cineast nog altijd levendig houdt zo te zien.
Na een zalig diner en hemelse nachtrust in de middeleeuwse priorij van Notre-Dame d'Orsan volgde nog meer van hetzelfde… in de positieve zin van het woord wel te verstaan! Mist het departement van de Cher het ruige randje van de Indre, toch was het ook hier genieten in peis en vree, daar hoog in het zadel (met 835 mm boven de grond ben je best niet te klein geschapen). Dezelfde kleine wegen voerden op het intussen welbekende ritme naar dezelfde kleine dorpen, afgewisseld met bekende en minder bekende plekjes langs weerszijden van de historische route Jacques Coeur, Frankrijks allereerste toeristische route.
Het château van Ainay-le-Vieil prijkt dan wel als het lokale Carcassonne op vrijwel elke folder van de streek, het was ons eerlijk gezegd even onbekend als dat van Bannegon, een joekel van een kasteel in een bangelijk verlaten dorp. Tientallen kraaien krijsten dan ook luidruchtig boven ons hoofd toen we de V-Strom aan het kasteelhek parkeerden en enkele schuchtere stappen zetten in het park errond. Bannegon, een plek die we alleszins niet meer zullen vergeten…
Je zal nu eenmaal niet op de koppen lopen in de Berry, dat is een feit. Zelfs niet in het beeldig gerestaureerde Apremont-sur-Allier met zijn kraaknette gevels en Engels geïnspireerde tuinen! En ook het historische Bourges, toch de hoofdstad van de Cher, heeft met zijn vele stadstuintjes in de marais het plattelandskarakter goed weten te bewaren.
Betrouwbaar en praktisch Gelukkig zat het persprogramma wat minder strak in de tweede helft van de week, zodat we wat meer aandacht konden geven aan de motor zelf. Het rijden met de V-Strom ging immers zo vanzelf, dat een mens zou vergeten dat hij überhaupt met een motor reed.
De vernieuwde DL650 mét ABS is dan ook enkele kilootjes afgeslankt. Voeg daar het mooi afgewerkte en vooral lekker zittende zadel aan toe alsook het gemak waarmee je vanaf het stuur alle knopjes bedient en je hebt al een flink deel van de verklaring hiervoor. Goed begonnen is trouwens half gewonnen: zo heb je om te beginnen al geen halve dag nodig om al die knopjes en bedieningselementen aan het stuur te leren kennen! Kilo's dure electronica zal je bijgevolg niet vinden onder zijn slanke stroomlijn.
Eenvoudig en efficiënt, je koopt er geen kat in een zak mee, dat staat vast. Functioneel bovendien, en dan heb ik het nog niet eens over de handige opbergruimte onder het zadel welk zich met één vinger laat verwijderen en opzetten. Geen overbodige luxe wanneer je om de haverklap je lieveling alleen moet laten om allerlei bezienswaardigheden te bezoeken. Met name het modern gestileerde instrumentenbord, een geslaagde combinatie tussen analoog en digitaal, houdt alles overzichtelijk. En dat zonder onvolledig te zijn. Zo vind je er de belangrijkste functionaliteiten die je onder het rijden nodig hebt. Met een versnellings- en vorstindicator heb je zelfs meer info ter beschikking dan de modale motorrijder. Zelfs het gemiddeld benzineverbruik wordt netjes voor jou berekend. Een kleine attentie waarmee we als testrijder best wel tevreden zijn! In ruil voor een meer dan schappelijke prijs (8.570 euro) krijg je met andere woorden een motor met een groot hart, waarmee het soepel en vlot rijden is. Voor de 3-delige kofferset in kunststof mag je nog eens 1.400 euro meer over de toonbank schuiven, maar dan ligt het gedroomde reisavontuur helemaal op jou te wachten!
De keerzijde van de medaille is dat de V-Strom niet meteen een schoonheidsprijs zal wegkapen. Daarvoor is zijn uiterlijk iets te gewoon en het smoelwerk veel te braaf, toch in de parelmoerwitte versie die wij ter beschikking kregen. Eerlijk, betrouwbaar en gemakkelijk in de omgang, het zijn geen karaktertrekken van een vurige prima donna. Maar van één ding zijn we echter zeker: bedrogen word je nooit! Met dank aan: Suzuki Belgium www.suzuki2wheels.be
Toeristische dienst van de Berry www.berryprovince.com