Honda SWT400 2009 duurtest (2)

Share Beste lezer, ik ben naar Zwitserland op vakantie geweest en dat nog wel met de Honda SWT 400 ofte Silverwing 400, onze langeduurtestscooter. Grappig genoeg was ik twee weken voordien nog met een Kawasaki GTR 1400 naar Tsjechië geweest en alhoewel dat die laatste een beer van een motor is met 1000 cc extra, was de reis met de Silverwing veel leuker, ontspannender en... droger… alhoewel het veel meer regende… als U nog kan volgen…
Dat ontspannende had natuurlijk ook wel iets te maken met het feit dat mijn vriendinneke achterop zat en af en toe een knuffel is natuurlijk veel leuker dan een collega-journalist die achteraan in je gat zit te boren... op de motor wel te verstaan.
Enfin… we hadden het dus over Zwitserland en vakantie. Eén van de vervelendste dingen van het op vakantie gaan met de motor is het inpakken van je bagage want wie met de motor op vakantie gaat en dat zeker met z'n tweeën moet een beetje zuinig aan doen met vers ondergoed e.d. wegens plaatsgebrek. Wel beste lezer, dat inpakken was bij de Honda Silverwing een makkie… Eerst en vooral is er de handige tas voor de topkoffer die indien volledig gevuld perfect in de koffer past, maar omdat ook het zadel makkelijk in te laden is zoals de koffer van een auto hoeft alles niet meteen zo afgemeten en beperkt te worden… Tweede voordeel van een scooter is dat je de kledij die je er op draagt ook kan gebruiken om bij kouder weer rond te lopen… Dat spaart een tweede stel dikke jassen, laarzen en winterbroeken… Onze bergschoenen droegen we gewoon op de scooter. Zo waren we meteen beschermd, hadden we lekker warm en hoefden we ze niet meer weg te steken.
Een bijkomend voordeel van de Silverwing is zonder twijfel z'n lengte. De duo, mijn vriendin dus in dit geval, droeg een ruime rugzak en had nog voldoende plek om lekker lui achterop te leunen om indien gewenst mij langs achter... heu… vast te pakken… Een Kappa tas tussen het zadel en de voorpartij vervolledigde onze bagagereserves. Naar Zwiterserland rijden op de Honda was bijna zoiets als naar de supermarkt gaan… We vertrokken pas om 10.30 u in de morgen zo in de trant van... laat we effe naar Zwitserland gaan… Inpakken en wegwezen dus en om 9 u 's avonds waren we daar al, al duurde het vooral lang omdat één of ander stomme wegwijzer ons aanspoorde om een snelle transitroute te volgen die ons uiteindelijk twee uur vertraging opleverde omdat die transitroute een opeenvolging was van omleidingen en wegenwerken… Waarschijnlijk was die transitroute vooral bedoeld om mensen het land in te houden i.p.v. ze er sneller uit te helpen.
Enfin, m'n zwart vriendinnetje (die met de witte Blade AGV helm een beetje leek op een zwarte bonbon met een witte verpakking) heeft daar niet zoveel van gemerkt want die heeft zowat de helft van de weg met haar helm tegen mijn hoofd zitten botsen omdat ze lag te slapen... De Silverwing is immers een comfortabele jongen en dat niet alleen voor de passagier. Ik heb geen spatje zadelpijn gehad en van vermoeidheid totaal geen sprake… Je kan je benen lekker vooruit strekken of indien gewenst achteruit zodat stijf worden geen echte optie is. Stoppen deden we in principe enkel om te tanken en dat gebeurde zowat elke 250 km… Het verbruik van de Silverwing is een beetje raar want soms slikte hij zo'n 5 liter en soms was dat dan weer 6 of 4 liter alhoewel we eigenlijk steeds hetzelfde ritme reden. Rustig beginnen na een tankbeurt bleek het ideale systeem om het verbruik te laten zakken tot 4 liter alhoewel ze daar bij Honda ook niet echt een verklaring voor hadden… De continue aanduiding van het verbruik op het dashboard blijkt trouwens erg accuraat te werken en bij de eerste berg ging het verbruik meteen de hoogte in… samen met ons… Met z'n tweeën gepakt en gezakt de bergen in, deed de SWT 400 wel een beetje naar lucht happen wat verbruik betrof maar verder geen probleem… Datzelfde geldt ook voor de remmen en die heb je wel nodig omdat een scooter logischerwijze veel minder op de motor remt… De linkerrem werd het meest gebruikt al werd ook de enkele voorrem bij afdalingen nog es extra bediend door de rechterhendel.
Er zijn nogal wat mensen die rijden in de bergen behoorlijk beangstigend vinden… Wel met de scooter is er nauwelijks een probleem. Geen zorgen omwille van de al dan niet juiste versnelling en zeker bij afdalingen speelt het veel minder een rol of je in de juiste versnellingsverhouding zit… Rijden met de scooter is sowieso al veel relaxt en meestal keek ik met medelijden naar de talloze zwaar bepakte BMW's die erg stoer ogend de Grimselpas optrokken… Ze zijn veel natter dan wij geworden en ze hebben ook niks gezien… Zelfs zonder regenkledij blijf je verrassend lang droog op een scooter als de Silverwing. Het is enkel wanneer het regenwater van op je jas naar beneden begint te lekken dat je benen nat worden. Je hebt dus met andere woorden nog tijd genoeg om uit te kijken naar een schuilplekje om je om te kleden als de bui begint te vallen. Ik zei het al… Lekker relaxt… Onze reis had eigenlijk twee bedoelingen. Eerst en vooral gewoon effe vakantie maar ten tweede wilde we vooral op zoek naar sneeuw. M'n Afrikaanse vriendinnetje had immers nog nooit sneeuw gezien dus op naar Zwitserland op een witte scooter, in een witte jas, met een witte helm op het hoofd op zoek naar witte sneeuw… In de zomer moet je in de Zwitserse Alpen al een stukje de hoogte in om sneeuw te vinden maar gelukkig zijn daar wel manieren voor. Zo vind je in Grindelwald in de Berner Alpen (op zo'n 75 kilometer van de hoofdstad Bern) de hoogste spoorlijn van Europa die z'n reizigers naar het Jungfraujoch op 3.500 meter hoogte brengt. Wie een beetje van de bergen houdt, moet gewoon éénmaal in z'n leven naar het Jungfraujoch al kost een ticket tegenwoordig al zo'n 110 euro wat ik bepaald schandalig duur vind… maar dat neemt niet weg dat het echt wel de moeite is. Veel motorrijders gaan op hun reizen enkel op zoek naar mooie bochten of snelle stukken autoweg in Duitsland maar wie de bergen eens wil verkennen, kan dat prima in z'n motorkledij.
Dan heb je het meteen al warm en dat mag ook wel want op het Jungfraujoch waan je jezelf op de Noordpool als het een beetje slecht weer is zoals in ons geval. Buiten op de gletsjer waaide het zo hard dat ik al spijt had dat ik m'n motorjas niet had meegenomen of zelfs m'n helm… Maar voor wie de sfeer van het echte hooggebergte eens wil proeven zonder daar al te moe voor te worden, is dit de ideale manier. Je zal wel wat naar adem happen door het gebrek aan lucht maar de ervaring is uniek… net als de spoorlijn zelf trouwens. De constructie van de spoorlijn begon in 1896 en het was het plan om helemaal tot aan de top van de Jungfrau (4.158 meter) te gaan. Financiële problemen zorgden ervoor dat de constructie 16 jaar i.p.v. de geplande 10 en dat het project zowat dubbel zoveel kostte (15 miljoen Zwitserse franken). Enfin, die kosten moeten ondertussen al lang vergeten zijn want zoals ik al zei, schept dat spoorbaantje met 628.000 bezoekers in 2008 poen als slijk. Het stikt er vooral van Japanners maar meer nog van Chinezen die hun hele leven centen opzij zetten om één keer Europa te kunnen zien en dan liefst zoveel mogelijk op zo'n korte tijd.
In Zwitserland brengt de standaardtoer hen langs Zermatt en het onvermijdelijke Jungfraujoch. Weer of geen weer, het treintje gaat en de tickets zijn betaald… Big business… Het straffe van die hele spoorlijn is eigenlijk dat ze het traject doorheen twee bergen hebben laten lopen en één van de bergen is al even beroemd omwille van z'n noordwand waar menig klimmer het leven al heeft gelaten. Dat zou allemaal nog niet zo bijzonder zijn maar de Eiger Noordwand, want daar gaat het over, staat als een reusachtige arena boven Grindelwald en 'Kleine Scheidegg', de eerste halte van het Jungfraujochbaantje zodat klimmers letterlijk en figuurlijk onder het oog van duizenden toeristen hier halsbrekende toeren uithalen. Voordat de Noordwand ooit beklommen werd, loofde zelfs Hitler een medaille op de Olympische spelen uit voor wie de berg voor het eerst langs die moeilijke weg zou beklimmen en er speelden zich dan ook heel wat drama's op de berg af… Hij kreeg zelfs de bijnaam 'de Witte Spin' omdat er bovenaan de wand een grote ijsplek is waar de klimmers langsheen moeten en die nogal gevaarlijk is door z'n lawines. Die plek heeft de vorm van een spinnenkop en het lijkt op een spin die wacht op haar prooi… Meer heeft een mens niet nodig om een mythe te creëren.
Enfin, om een lang verhaal kort te maken... We hebben dus veel sneeuw gezien en niet alleen witte spinnen vanaf vanonder. Mijn vriendinneke lag dus op het Jungfraujoch al gauw te rollebollen.. in de sneeuw wel te verstaan en ik stond erbij en keek ernaar... ontroerd door zoveel kinderlijk enthousiasme omwille van wat bevroren water... het leven kan simpel en mooi zijn. Bovendien hebben ze in de gletsjer onderaan het treinstation een heus ijspaleis uitgegraven met gangen en allerlei ijssculpturen… koud, koud, koud maar o zo mooi… Het Jungfraujoch en zijn omgeving zijn uitgeroepen tot Unesco Werelderfgoed wat wil zeggen dat men het probeert te behouden voor komende generaties en dat is goed. Er worden dus o.a. geen nieuwe torenhoge hotels gebouwd en skiliften zijn ook al uit den boze. Het gebied is behoorlijk groot en via de Grimselpas rijden we de volgende dag naar de andere kant van de Jungfrau waar een nog veel ongerepter dal ligt dat er nog precies uitziet zoals 100 jaar geleden... een onbekende parel waar bijna iedere toerist aan voorbij gaat.
De Grimselpas zullen we aan weinige onder jullie moeten voorstellen. De 'driepassen' tocht via de Grimsel, de Susten en de Furka is wereldberoemd en gezeten op je luie motorkrent scheur je hier door de mooiste berglandschappen en schep je zelfs sneeuw langs de zijkant van de weg. Zwitsers zijn cracks als het er op aankomt banen neer te leggen op plekken waar je eigenlijk geen banen kan neerleggen. Jammer genoeg heb ik enkel oog voor de baan want vanaf het moment dat het serieus begint te klimmen, prikt de Honda de wolken lek en begint het te zeiken dat het niet normaal meer is. En zelfs onder die omstandigheden... en dit is geen verkoperspraat… zit ik te glimlachen op de Honda. Gewoon wat rustiger aan in de bochten maar geen gevloek omwille van natte onderbroeken of bevroren kniën… Ik zet de verwarmde handvaten aan en zelfs met zomerhandschoenen rij ik de verkleumde Grimselpas zonder problemen over... Ik moet toegeven dat ik verwarmde handvaten altijd voor watjes heb gevonden maar nu ik ze op de Honda heb… Hmmm… Lekker… Vraag je om een reismotor en ik praat je een maxi-scooter aan… De wolken blijven grotendeels tegen de bergtoppen hangen en beneden in de Rhône-vallei is het gelukkig droog en na effe rijden is onze kledij dat ook… Omdat we geen autowegenvignet hebben, blijven we de gewone wegen volgen en we merken meteen dat files hier ook niet vreemd zijn. Lang leve de scooter en jodelen over vluchtheuvels en andere hindernissen. Zelfs met z'n tweeën op de Honda en met bagage slalom je je heel makkelijk tussen de files door. Bovendien zit de duo zo gerust dat zelfs wie geen motorervaring heeft niet eens vreemd opkijkt als je wat te enthousiast files begint te vreten... of ze valt in slaap... Zo schrok m'n vriendin één keer wakker op het moment dat ik een nogal krap inhaalmanoeuvre deed maar ik heb ze kunnen wijsmaken dat ze aan het dromen was…
Ons volgende doel en de verborgen parel waar we het over hadden, is het Lötschertal… voor velen onbekend al hebben velen al wel van het vertrek- of aankomstpunt van de trein doorheen de Lötschberg gehoord. Wie snel vanaf hier naar Bern wil (of naar huis), zet de motor op de trein en rijdt de 25 km lange tunnel per trein door. Wat de meesten echter niet weten is dat wanneer je de weg voorbij Goppenstein (het vertrekpunt van de trein) verder naar boven rijdt tot in het eind van het dal, de tijd plots blijft stil staan, zelfs op het beste Zwitserse horloge. Ook deel van het Unesco Werelderfgoed is het hier in 100 jaar zo goed als niks veranderd. Helemaal aan het eind van het dal, in PfaflerAlp, ligt het hotel met de gelijknamige naam al meer dan 100 jaar mooi te wezen, opgetrokken in heel donker dennenhout. Eerst de witte sneeuw, nu het donkere zwart van het PfaflerAlp Hotel… En niet alleen het hotel is de moeite met z'n berghutstijl maar het eind van de vallei is zo ongerept dat wanneer je hier je zorgen niet kan vergeten je jezelf maar beter ineens kan ophangen.. Een wandeling van 1,5 uur brengt je vanop het asfalt naar de voet van de gletsjer waar twee enorme gaten zijn uitgesleten door het smeltende gletsjerwater dat hier dag en nacht het blauwgrijze smeltwater naar het dal afvoert. Indrukwekkend en zeker voor iemand die nog nooit sneeuw of ijs heeft gezien tenzij in een koelkast.
De dag van onze terugreis is het zo'n mooi weer dat ik helemaal geen zin heb om de scooter op de trein te zetten en besluit ik toch maar om opnieuw over de Grimselpas richting Luzern en Basel te rijden en het blijkt de moeite want ditmaal zien we wel het prachtige landschap en is het tenminste wat leuker bochten pikken op de Honda. Ik zei het eerder al… zolang het asfalt goed is, kan je gekke dingen doen op de Honda. Laat remmen, flink insturen en het gas erop… De meeste motorrijders komen je enkel voorbij op vermogen omdat de SW400T het met twee personen en met bagage het in de bergen wel wat lastiger heeft en ook al omdat ik meer naar de bergen zat te kijken dan naar de weg.. sorry…
We zijn die dag ook weer veel te laat vertrokken en omdat we tot in Basel gewone wegen gebruiken, steken we de Franse grens pas over rond 3 uur in de namiddag. Maar eens in de buurt van Metz gaat het gas er stevig op en tegen 150 km/u rijden we richting België, enkel halt houdend om te tanken wat tegen deze snelheid zo om de 200 kilometer dient te gebeuren. 850.000 meter later zijn we terug thuis en ik ben niet eens moe. Op een klassieke motor zou ik stijve benen hebben gehad maar op m'n witte Cadillac... niks of te niemendal… Je zou bijna nog zin hebben om nog eventjes een ritje rond de kerk te maken om het af te leren.
Kan je met een maxiscooter op reis? Ja en zelfs beter dan met een normale motor als je het mij vraagt. Eerst en vooral zit je veel meer ontspannen op de scooter, heb je meer bagagemogelijkheden, zit je duo als op een troon en heb je nauwelijks last van regen die je tijdens een vakantie bijna zeker wel eens zal tegenkomen. In Frankrijk heb je veel benzinestations waar je nog moet betalen aan een kassa en ook dat is veel handiger met een scooter. Even je handschoenen op het stuur, de portefeuille uit één van de handschoenenkastjes en hopsakee… Omdat je op een scooter toch al een iets meer down-to-earthkledij draagt, heb je ook minder textiel nodig als je naar een koude bestemming trekt omdat je je warme kleren al kan dragen op de scooter. Enkel je strandkleding moet mee en je zonnecrème. En om maar met een cliché te eindigen… Met een scooter ben je in elk hotel welkom… terwijl dat met een motor wel eens anders wil zijn. De meeste hotelrecepties hadden niet eens door dat we met de tweewieler waren gekomen want onze helmen zaten mooi onder het zadel. Met de scooter hou je de mensen altijd een beetje voor de gek maar jezelf nooit…