Reistest Honda Africa Twin 2018

De dertigste verjaardag van de Africa Twin ligt al eventjes achter ons. Toch is het nog altijd feest om met de CRF1000L te rijden, zoals Honda's iconische motorfiets officieel te boek staat. Behalve de populaire benaming en het avontuurlijke offroad concept heeft de nieuwe versie weinig gemeen met de XRV650 die in 1988 ons motorhart veroverde. Drie decennia vooruitgang maken dat onze verwachtingen hooggespannen zijn.

Bretagne als aanvaardbaar compromis

Een reis naar Afrika zit er helaas niet in voor ons. Het beeldmooie Bretagne is een aanvaardbaar compromis. Bovendien halen de weerelementen op het grillige schiereiland alles uit de kast om er een pittige test van te maken. Al van bij de eerste de beste regenbui ziet de halve achterkant eruit alsof we zwaar offroad hebben gereden. Ook de rug van de passagier ontsnapt er niet aan. Alleen daarvoor zou een topcase van pas zijn gekomen. Al bewijst een zwevend spatbord op het achterwiel veel meer zijn nut. Helaas is Honda daar niet direct een voorstander van.

'Ach, dat oogt toch avontuurlijk', vergoeilijkt de duo achterop. We maken er verder geen woorden meer aan vuil. De onbedorven kustlandschappen en het onontdekte binnenland in het noorden van Bretagne hebben we tenminste voor ons alleen. Toch zijn we niet met de Adventure Sports-versie van de Africa Twin op stap. Hoog op de poten heeft zo zijn grenzen en een zadelhoogte boven de 850 mm is niet voor iedereen weggelegd. De langere veerwegen en grotere tankinhoud moeten we dan wel missen. Gelukkig is Bretagne het einde van de wereld niet. Al claimt het meest westelijke departement van de Finistère dat wel te zijn.

Rijden en nog eens rijden

Voor we zover staan, dienen we eerst nog wat kilometers af te leggen. De lange rit naar Saint-Malo vormt geen enkel probleem. Nu, dat hadden we wel verwacht van de Africa Twin. Hoewel, uren aan een stuk in het zadel en in de wind, je moet ze uiteindelijk toch één voor één uitzitten.

Het licht getrapte zadel, vooraan smal maar breed genoeg voor het achterwerk, maakt dat je als rijder én als passagier voldoende ruimte hebt. Dat heb je wat minder met de voeten, waar de achterste voetsteuntjes net iets te dicht bij de voorste staan. Geen probleem als je kleine voeten hebt, maar met een schoenmaat van Lambik en tante Sidonie kan dat wel voor enige hinder zorgen. Het vaste kuipruitje doet het verbazend goed en houdt het hoofd uit de wind. Opdracht volbracht, al zou een verstelbare versie het voor sommigen allicht nog beter doen.

Reizen betekent hoe dan ook een flink stuk rijden en dan komt een gps als geroepen. Die koppel je als trotse eigenaar van je machine natuurlijk aan de batterij. Toch is een 12V-aansluiting een praktisch alternatief, zeker als tijdelijke testrijder! Helaas is deze socket naast het dashboard in optie, net als de middenbok overigens. In een handomdraai even de ketting smeren, zit er dus standaard niet in en dat is toch wel jammer! Gewicht besparen doe je in dit geval wel. Niet dat de ranke Honda zwaar in de hand ligt, integendeel!

Automatisch of manueel

Wie slim is, kan zelfs nog wat kilootjes kwijt, zonder op dieet te gaan voordat hij vertrekt. Nogal wat Honda-liefhebbers gaan resoluut voor DCT, de versnellingsbak met dubbele koppeling. Rijden met de motor is dan bijna een fluitje van een cent geworden. Wie liever op de oude manier met het voetje schakelt, kiest uiteraard de versie zonder Dual Clutch Transmission. En dat scheelt meteen 10 kg op de weegschaal!

Zelf rijden we met een rijklaar DCT-exemplaar van 240 kg. In het begin bewegen we de hand en voet nog even in het ijle, daar waar de koppelingshendel en pedaal dient te staan. Parkeren op een helling door het blok in eerste versnelling te gooien, zit er niet meer in. Dat is wennen, zeker als je om de haverklap foto's wilt maken in een golvend landschap. Het duurt immers een tijdje voordat we het kleine parkeerhendeltje hebben gevonden, waarmee je de motor met een gerust hart immobiliseert.

De automaat is gemakkelijk in te stellen aan het stuur. De Drive (D)-stand laten we ogenblikkelijk ongemoeid. Voor je het weet zit je in 6de versnelling aan 50 km/u te baggeren. Dat pleit misschien voor de geweldige souplesse en koppelkracht van het blok, maar motorrijden mag toch iets meer dan dat zijn. Zelfs de Sport (S)-stand, die een hoger toerental toelaat, schiet op de kronkelige D-wegen te kort. De manuele stand schenkt ons het motorplezier dat we hebben gemist. Oef!

Dankzij een flipperknop aan de rechterstuurhelft hebben we het schakelwerk weer helemaal zelf in handen. 'Old school' misschien in deze technologische tijden, maar opschakelen wanneer jij het wil of prompt terugschakelen en remmen op de motor, het kan weer allemaal. Akkoord, op de snelweg en bij loom toergedrag biedt de DCT alle comfort. Op rotondes daarentegen, en zo heb je er ongelooflijk veel van in Frankrijk, is het ronduit uitkijken geblazen. De automaat grijpt immers bijzonder snel in, ook als je traag rijdt en je je er niet aan verwacht. Een beetje spelen met de koppeling en bijsturen zit er met een DCT helaas niet in. Toch willen we geen afbreuk doen aan het unieke systeem dat Honda almaar verfijnt. DCT maakt het rijden comfortabeler en dat weten velen te appreciëren.

De juiste balans

Meer nog dan het naadloze schakelwerk van de automatische bak waarderen we het ongemeen soepele blok van de twin. De bijna honderd pk en Nm zijn ruimschoots genoeg om vlot en in zekere zin zelfs flitsend, boven de 6.000 toeren, op te schieten op de baan. Dat is misschien wel de grootste troef van de Africa Twin, die nooit of nergens het gevoel geeft dat je wat dan ook tekort komt. Samen met het neutrale stuurgedrag en de vanzelfsprekende toegankelijkheid van de Honda zorgt dit voor één van de beste hoogpoterervaringen tot hiertoe. Zandpaden en grindwegen verhogen allicht het avontuurlijk reisgevoel, maar met twee volle zijkoffers en een passagier spelen we op veilig.

De juiste balans tussen vermogen en gewicht, sterk en toch licht, is een eigenschap die je als motorreiziger met de jaren naar waarde weet te schatten. Net als betrouwbaarheid en veiligheid overigens. Zo levert niet alleen de voorrem goed werk, ook achteraan beschik je over meer stopkracht dan dat je op de gemiddelde hoogpoter krijgt. De kleine maar praktische zijspiegels zijn geheel trillingsvrij (net zoals de voetsteuntjes), en dat is op menig motorfiets eerder de uitzondering dan de regel! Leuk om weten is dat de richtingaanwijzers knipperen als je vertraagt of bruusk moet stoppen. Filerijders zullen het graag horen!

Dat laatste is één van de kleine aanpassingen die dit jaar werden aangebracht aan de versie van 2016, naast een lichtere batterij en een verbeterde uitlaat met een knap geluid. De belangrijkste wijziging is echter de aanwezigheid van voorgeprogrammeerde rijmodi (Tour, Urban en Gravel) die het motormanagement (vermogen, tractiecontrole e.d. meer) aanpassen in functie van de gekozen rijstijl. Je persoonlijke aanpassingen kan je opslaan in een gepersonaliseerde user modus.

Goed, beter, best

Elektronische veerafstelling zit er niet in, maar met een eenvoudige stelknop kan je achteraan wel de standaardafstelling aanpassen als je zwaar belast op reis vertrekt. De waterdichte (!) zijkoffers zelf zijn poepsimpel met de monokey vast te haken in de gleuven van het achterframe. Een ontsierend bagarek komt er dus niet aan te pas. Mooi zo!

De rallyrode Africa Twin is zo al een mooie verschijning. De afwerking die Honda hem heeft meegegeven, zet dat nog meer in de verf. Een snoet zonder snavel is misschien minder uitgesproken, maar een motorfiets als de Africa Twin heeft geen enkele ambitie om de concurrentie met niet nader genoemde merken aan te gaan. Verder zien we ook geen zichtbare kabels of lasnaden. Ook het grote digitale dashboard, in pure Grand Prix-stijl, trekt de aandacht. Belangrijker is dat je alle info krijgt die je als rijder nodig hebt. Dat is ook zo, zonder dat je het boekje er dient bij te nemen. Bovendien blijft alles goed leesbaar, zelfs wanneer de zon van katoen geeft.

Ons gevleugelde merk is dus duidelijk niet over één nacht ijs gegaan bij de terugkeer van haar legende. De opvolger ziet er niet alleen beter uit, hij rijdt ook als de beste. Geen enkele keer hebben we de Africa Twin op een rijfout kunnen betrappen, zelfs niet bij een bruusk maneuver of op een doornat wegdek. Met deze motor geraak je inderdaad héél ver, al beleef je net zoveel plezier bij gewoon dagdagelijks gebruik. Een avontuurlijke allroad als allemansvriend, hiermee heeft Honda in het segment de puntjes op de i gezet!

Met dank aan:
Honda Belgium: www.fl.honda.be
Toerisme Bretagne: www.tourismebretagne.com