Tuning Triumph Daytona 675 voor SuperSport

Share

Journalist zijn; 't heeft net als elk ander beroep zo zijn voordelen. Je komt er onder andere door in contact met mensen die met heel interessante zaken bezig zijn. Op de duur ontwikkel je daar zelfs een neus voor. Toen we de kans kregen om met een Triumph Daytona 675 bij Ruud Fredriks langs te gaan, moesten we dan ook geen twee maal nadenken voor we daarmee instemden.
Pa Fredriks is namelijk niet alleen een bekende en getalenteerde tuner, maar Ruud heeft ook een zoon, Johan… en laat die nu net met een zeer snelle Triumph Daytona 675 racen!?
Op de middag vertrekken we samen met Fabio Callewaert vanaf BMC Assenede. Bij BMC werkt men al lang samen met Ruud Fredriks. De in Assenede door Daniël regelmatig gemaakte Triumph Specials worden namelijk meestal bij Ruud onder handen genomen om de motoren piekfijn af te stellen. De Daytona 675 die in de aanhangwagen staat, is echter geen special; 't is de motor waarmee Fabio het afgelopen seizoen beslist niet onsuccesvol deelnam aan de M.E.T. races. Maar met het idee dat alles beter kan, gaat Fabio vandaag met zijn Daytona naar Ruud om de zaak daar voor 100% te laten afstellen. De voorbereidingen voor een nieuw raceseizoen; inderdaad, je kan er niet vroeg genoeg aan beginnen.
Bij Ruud en Ria in Goes staat zoals vanouds de koffie klaar als we eraan komen. De vriendelijke, gemoedelijke sfeer die er al sinds mensenheugenis hangt, valt ons ook nu meteen op de hals als we in de werkplaats aankomen. Koffie drinken, naar motoren kijken, bijpraten… en voor we het goed en wel beseffen, zitten we samen met Ruud, Fabio en de Daytona in de testruimte en mag de driepitter daar zijn kunnen tonen. Dat kunnen blijkt echter een beetje onder de verwachtingen te liggen. De 675 geeft slechts 111,1 pk af aan het achterwiel net voorbij de 12.000 toeren en de motor houdt dat topvermogen bovendien ook niet lang vast. De kromme is piekerig op top waardoor de prestaties op de baan niet echt spectaculair te noemen zijn. Fabio ziet het resultaat een beetje verveeld onder ogen, maar Ruud is al druk doende om de motor aan zijn computer te hangen. Voor deze Triumph - en voor een hele resem andere motorfietsen - heeft Ruud namelijk de mogelijkheid om rechtstreeks in het motormanagement in te grijpen. Iets wat volgens hem iemand al voor hem heeft gedaan bij deze Daytona want niet alleen vallen de prestaties een beetje tegen, de toerenbegrenzer is er door die onbekende "specialist" ter zake ook uitgeflikkerd. Met als gevolg dat je de motor enorm ver kunt doorhalen waardoor het risico niet ondenkbaar wordt dat het zaakje wegens te veel toeren stuk gaat.
Het kost Ruud enkele runs en wat secuur programmeren vooraleer de Daytona 675, die er bij nader inzien al heel wat racekilometertjes heeft opzitten, terug zo fris klinkt als een hoentje. De motor presteert nu 114,5 pk bij 12.297 toeren maar wat veel belangrijker is, is dat de motor nu een mooie, brede en vlakkere vermogenskromme op top laat zien. Bovendien is de motor over de gehele lijn sterker geworden, hetgeen zich moet vertalen in een verbeterde hanteerbaarheid en acceleratie. De toerentalbegrenzer is ook weerom geactiveerd en grijpt in net voorbij de kaap van de 13.500 toeren per minuut. Het geboekte resultaat mag er wezen. Ruud komt tot die conclusie als hij de meetresultaten naast die van de standaard Daytona 675 legt, waarvan hij bij de bouw van de Triumph-racer is uitgegaan. Die zette maximum 116,6 pk neer, maar was dan ook voorzien van een frisse cilinderkop. Tevens waren er kleppen en klepveren uit de Triumph racekit gemonteerd, maar die werpen volgens Ruud vooral hun vruchten af op gebied van betrouwbaarheid. De resultaten vergelijken brengt ons van het ene naar het andere. Ruud heeft nog nooit echt geheimen gehad wat betreft tuning en ook nu is hij heel mededeelzaam wat de mogelijkheden van de Daytona 675 betreft. Na het ingrijpen op de waarden van het motormanagement via de Tuneboy-module ontlokte hij aan de standaard 675 118,8 pk - hetzij twee volle paarden meer - aan de Daytona. Daarna werd de motor voorzien van een Arrow race uitlaatsysteem uit de Triumph-racekit en werd de compressie verhoogd. Die werd opgetrokken van 12.8 naar 13.8 terwijl de squish afnam van 0.7 naar 0.65 millimeter. Het resultaat liet niet op zich wachten; de motor reageerde door na oordeelkundig afstelwerk prompt 126 pk te leveren bij 12.821 toeren per minuut. Het toptoerental lag daarbij in deze configuratie bij plusminus 13.250 toeren per minuut.
Meer toeren maken en daarbij langer het topvermogen vasthouden; op het circuit is dat in veel gevallen een voordeel en met de Daytona 675 in racetrim is dat geen probleem. Door inlaatkelken van de racekit te monteren, de standaard nokkenassen te hertimen en de nodige aanpassingen in het motormanagement te verrichten, bekwam Ruud dat de driecilinder 126,5 pk afleverde en dat vermogen nagenoeg integraal wist vast te houden tussen de 11.500 en de 13.700 toeren per minuut. Bijna 500 toeren meer dus dan voorheen het geval was, hetgeen toelaat om de eindoverbrenging aan te passen en daardoor een nog betere acceleratie te bekomen bij een nagenoeg identieke topsnelheid. Maar een racer heeft nooit genoeg vermogen; Ruud monteerde daarom de nokkenassen uit de racekit, programmeerde nog een en ander tot hij tevreden was en motiveerde de 675 daardoor om 129,1 pk neer te zetten en door te lopen tot net voorbij de 14.000 toeren. Vanaf 12.000 toeren zit de motor in die configuratie quasi constant aan zijn topvermogen terwijl bij 11.000 toeren reeds 120 pk voorhanden is. Zo zie je maar dat er niet altijd enorme veranderingen nodig zijn om van een straatmotor een bliksemsnelle racer te bouwen; tenminste, als je weet waar je daarvoor de benodigde mosterd haalt ;-D Om jullie een idee te geven de prijzen van enkele van de onderdelen van de racekit: Koppakking: 86 euro Race inlaatnokkenas: 340 euro Race uitlaatnokkenas: 340 euro In en uitlaatkleppenset: 267 euro Klepveren set: 399 euro Lucht inlaatkelken: 379 euro