Isle of Wight (deel 1)


Terwijl we over de snelweg rijden in de richting van de Franse kust ontwaakt Vlaanderen, dat met slaperige ogen een niet onknappe lentedag ziet geboren worden. Eenmaal diep op Westvlaams grondgebied doorgedrongen maak ik me echter toch wat zorgen; Bondgenote heeft in het verleden bewezen over niet al te beste zeebenen te beschikken en de flinke zijwind die zich hier laat voelen zal op het Kanaal wellicht een fikse deining veroorzaken. Maar niet getreurd, zover is het nog niet en bovendien heeft de ervaring me geleerd dat je met sommige problemen pas kunt afrekenen op het moment dat die zich daadwerkelijk voordoen. Madam Garmin kondigt aan dat we de terminal van DFDS Seaways naderen. Ik kijk op de klok en lees af dat het net halfacht in de morgen is. Het is alles behalve dringen aan de controleburelen dus gaat paperassen afhandelen als een fluitje van een cent. De Engelse douanier is echter blijkbaar net vandaag aan een persoonlijke stiptheidsactie begonnen want hij doet er minstens vijf keer langer over dan zijn Franse collega om onze identiteiten na te trekken. Franse nonchalence tegenover Brits plichtsgevoel? Wie zal het zeggen. Waarschijnlijk zijn deze stereotiepen hier helemaal niet op hun plaats en is het -bijvoorbeeld- enkel een zaak van een supersnelle tegenover een gewone internetverbinding.
Ik breek me het hoofd niet over dat vraagstuk; even later parkeren we in het ruim en nemen daarna plaats in de gezellige bar van het schip. Een groot panoramisch raam zorgt ervoor dat we een uitstekend zicht hebben over de boeg van het vaartuig dat zich klokslag acht uur los maakt van de kade. Nog even draaien en keren in de haven en we laten Duinkerke achter ons. Samen met de Opaalkust zien we de derde grootste haven van Frankrijk uit het zicht verdwijnen, het schip wendt de steven naar het noorden, naar Brittanië dat ergens verborgen in de laaghangende wolken op ons wacht.
Zowat een uur later, en waarschijnlijk op het midden van het Kanaal, valt mijn frank. Op de tabellen staat dat je om 8 uur vertrekt in Duinkerke en om 9 uur aankomt in Dover, maar dat we meer dan één uur over de overtocht zullen doen is me nu pas duidelijk. In Engeland loopt de klok namelijk een uur achter in vergelijking met die van ons. De overtocht duurt dus twee uur en dat die overweging klopt als een bus zien we een half uur later. De zon breekt door de wolken en de hoge klippen verschijnen als een dichte rij witte reuzen op het strand. Vanop het dek schieten we snel wat beelden van dit prachtige ontvangscomitee maar daarna duiken we vlug het laadruim in. Op tijd zijn om te ontschepen is een prioriteit in dit geval… Het schip ligt amper vast tegen de kade als we al naar vaste grond rijden. Zonder nog gestopt te worden voor welke vorm van controle dan ook bereiken we de openbare weg. Links rijden, mompel ik verwittigend tegen mezelf, maar al snel word ik gewaar dat dat net is als bij zwemmen en fietsen; als je het eenmaal gedaan hebt kan je het voor de rest van je leven… Madam Garmin loodst ons zonder problemen Dover uit en al snel dient een lange, steile klim te worden ingezet. De klippen dienen overwonnen te worden en dat die verdomd hoog zijn wordt je best gewaar als je ze moet oprijden. Gelukkig is de weg twee baanvakken breed in beide richtingen en is het wegdek van uitstekende kwaliteit waardoor iedereen de beklimming zonder zorgen tot een goed einde brengt. De vrachtwagens hijsen zich dan wel zwoegend naar boven, met de auto gaat het vlot en wie op een motor zit zal enkel het gas wat verder moeten open zetten om moeiteloos de helling te beklimmen. De weg die we uitgestippeld hebben voor dit stuk van het traject zal ons hoofdzakelijk vlak langs de kust voeren. Om ons ook de gelegenheid te bieden het achterland te verkennen hebben we echter voorzien dat we af en toe van die vuistregel afwijken. Iets wat we ons gaandeweg alles behalve beklagen want de weg die vlak langs de kust loopt biedt aanvankelijk maar zelden een vrij zicht op de zee. Hoge groene dijken of een monotoon betonlint scheiden de smalle stranden van het binnenland dat tussen de dorpjes in voornamelijk uit groene weiden bestaat. Een ontelbaar aantal schapen houdt het gras kort en zorgt meteen ook voor de broodnodige bemesting. Wie dit systeem heeft bedacht was nog zo gek niet!
Verlaten we de kustbaan en rijden we ietofwat het achterland in dan ontplooit er zich voor ons een heuvellandschap met een uitgesproken landelijk karakter. Met hagen omzoomde weiden, dichte bosjes en heuvels begroeid met weelderige bossages; doorspekt met boerenhoven, prestigieuze landhuizen en nederige cottages biedt het geheel een karaktervolle aanblik. Dit landschap is op en top Engels en als we door de dorpjes rijden worden we geconfronteerd met duidelijk eeuwenoude leefgemeenschappen. Hier en daar staat zelfs een oldtimer nonchalant van de interesse van ons, de toeristen te genieten.
Toch voelt het hier niet als een openluchtmuseum aan, waarschijnlijk omdat alle oude gebouwen hier heel gewoon aan het leven van alle dag deelnemen. Zijn hun tijdsgenoten in Vlaanderen al lang afgebroken of op rust gesteld, daar heeft men hier in Engeland -terecht- geen oren naar. Gelukkig maar want het feit dat de oude tijden hier nog leven vormt nu eenmaal de unieke charme van het Engelse platteland. We vorderen gestaag en zo bereiken we Rye. In een ander leven was ik dit stadje op weg naar het westen al een paar maal voorbij gereden maar deze keer was Rye in het roadbook van de reis als stopplaats opgenomen. We parkeren op een parkeerplaats aan de rand van het stadje en kuieren naar de historische stadskern. Al na amper honderd meter doemt een stadspoort uit de middeleeuwen voor ons op als een fiere getuige van de stadswallen die Rye in die tijd rijk was.
Deel uitmakend van de Cinque Ports Confederation, een verdedigingslinie op de zuidkust van Engeland tegen de Fransen bestaande uit vijf steden, was Rye destijds van groot militair belang . Tot midden de 13de eeuw lag het stadje aan een natuurlijke haven maar toen grote stormen herhaaldelijk de zuidkust van Engeland hertekenden kwam Rye, net als nu nog het geval is, op een tweetal kilometer van de zee te liggen. Waarschijnlijk daardoor ging de welstand in Rye er stilaan op achteruit. In de eeuwen die op de economische teloorgang volgden begon men dan maar met een nieuwe industrie. Het feit dat tussen 1367 en 1824 de uitvoer van schapen en wol naar Frankrijk bij wet verboden was zorgde ervoor dat Rye zichzelf in die periode herontdekte als een smokkelaarsnest van -onder andere- wolgerelateerde producten. De overheid greep in 1669 in met een inval in Rye, en maakte daarmee zowat een einde aan het lucratieve smokkelaarsbestaan van vele inwoners van het havenstadje.
De laatste hoogdagen van Rye speelden zich af begin de jaren 1800 en dat is het stadje aan te zien want heel wat huizen dateren uit die tijd. Samen met Dover en Chatham stond Rye toen bovenaan de lijst van plaatsen waar Napoleon mogelijks zijn kans zou wagen om Engeland binnen te vallen. Maar zover kwam het nooit; de verdedigingswerken werden destijds niet getest want de enige invasie die Rye mocht trotseren is die van de toeristen die er maar wat graag afstappen om er de sfeer van de oude binnenstad op te snuiven.
Terecht, want een hele reeks stokoude huizen en ouderwetse bestrating zorgen samen met klassieke, charmante winkeletalages voor een beleving die alles behalve te versmaden is. En dat men van traditie houdt in Rye ondervonden we aan den lijve; de belleman, gekleed in oude klederdracht, kondigt er nog altijd luidkeels een huwelijk aan.
Dat oude tijden en nieuwe hier hand in hand gaan -ook op puur commercieel vlak- merken we als we in de oude haven tegen een flink aantal antiek en brocantewinkeltjes oplopen. Even snuisteren ontaardt al snel in een tijdverslindende zoektocht naar mooie dingen. Sommige zaken zijn echt verleidelijk maar wegens onze beperkte bagagemogelijkheden moeten we die toch laten staan.
Een blik op de klok leert ons dat we maar beter terug de baan opgaan en zo rijden we over kleine secundaire wegen in de richting van Battle, het plaatsje waar in 1066 de Normandiërs de Saksen versloegen en daardoor het Engelse koninkrijk in handen kregen. Een historisch feit met een Vlaams tintje want Willem de Veroveraar, die in Battle de strijd won, was getrouwd met Mathilde van Vlaanderen, de dochter van de toenmalige graaf van Vlaanderen. Samen zetten ze niet alleen een koninkrijk neer in het Franse Normandië maar bestuurden ook Engeland én maakten terloops een leger aan kinderen. De vruchtbare schoot uit Vlaanderen schonk Willem maar liefst negen zoons waarvan uiteindelijk één troonopvolger zou worden. Tijd om de abdij en het slagveld van Battle te bezoeken hebben we misschien wel want om zes uur worden we pas aan de ferry naar het eiland Wight verwacht. Spelbreker in deze is echter het feit dat we sinds deze morgen niets gegeten hebben. Een voortreffelijke barmaaltijd in een pub even buiten Battle brengt uitkomst maar kort daarna zegt ons buikgevoel ons dat we maar beter voort maken.
We belanden op weg naar Brighton in een resem files die zoveel tijd in beslag nemen dat we uiteindelijk niet anders kunnen dan onze GPS herprogrammeren. De snelste route naar Portsmouth levert ons uiteindelijk net op tijd af aan de terminal van Wightlink, de ferrymaatschappij die de verbinding tussen het eiland Wight en het vasteland verzekert. Met het gemak waarmee je een bus neemt scheep je in op de Wightlink ferry. 't Schip heeft een eigenaardige vorm -de voor- en achterkant zien er net eender uit- maar dat staat de efficiëntie blijkbaar helemaal niet in de weg. Met een flinke vaart gaat het de Solent op, de zeestraat die het eiland Wight van het vasteland scheidt. Vanop het water zien we niet alleen de beide kustlijnen maar ook een bonte stoet van schepen die aan en af varen. De Solent is sinds mensenheugenis erg druk bevaren door zowel passagiers-, goederen- als militaire vaartuigen.
We hebben net onze thee op als het al tijd is om terug naar het autodek af te dalen. Het aanmeren verloopt al even routineus als het van wal steken en luttele minuten nadat het schip aan de wal is vast gemaakt rijden we al de kant op. Fishbourne, de plaats waar we voet aan wal zetten, doorkruisen we onder leiding van Madam Garmin met gepaste spoed, we nemen enkel de tijd om in de plaatselijke Tesco thee, eieren, bacon en brood te kopen; hebben we meteen genoeg proviand in huis om morgen een flink ontbijt te monteren. De weg naar ons verblijf, dat aan de uiterste westpunt en dus vlakbij de Needles gelegen is, loopt via Newport, zeg maar de hoofdplaats van het eiland. Daar is het eventjes wat drukker op de weg, maar eens daarna wordt niet alleen het verkeer luwer maar neemt gaandeweg ook de breedte van de banen af. Een hele tijd rijden we tussen meer dan manshoge hagen die ons zo goed als geheel het zicht over het landschap ontnemen. Het gaat bergop en bergaf en de weg is bij wijlen echt wel bochtig, maar dat weerhoud me er niet van om als ik even de kans krijg naar het landschap te lonken nu de hagen wat minder worden. 't Lijkt net een lappendeken gemaakt van groene weiden afgezoomd met hagen en struiken en hier en daar smaakvol gedecoreerd met een prachtige, oude boom die fier zijn takken spreidt. Van een postkaartje gesproken!
Net als de eerste tekenen van de avond zich laten zien komen we in Alum Bay aan. We vinden dankzij een zorgvuldig voorbereide GPS reisroute meteen ons logement. Old Coastguard's is een stemmig oud boerenhuis dat op de top van een heuvel is gelegen. We bereiken het huis via eens smalle weg die amper twee wagens breed is en kijken eenmaal aangekomen om ons heen. De zeewind die er waait doet de struiken bewegen en de schapen in de wei staan allemaal met hun achterwerk in de richting waaruit de wind komt. Wuthering Heights, borrelt het in mij op, maar de groene weiden wijzen me meteen terecht; echt woest en verlaten is het hier niet, maar dat het hier vroeger wellicht wel zo geweest moet zijn laat zich raden.
Het huis geinspekteerd, de bagage naar binnen en de garage op slot. In de verte zien we nog net een streepje van de zee en terwijl we de rust van het landschap tot ons laten doordringen bereikt het water in de ketel zijn kookpunt. Een flinke kop thee, dat zal ons goed doen en gezeten in de knusse zetels naast de haard slaan we de laptop open om de belevenissen van vandaag neer te pennen.
Interessante links: Isle of Wight: http://www.visitisleofwight.co.uk/
Zuidoost Engeland: http://www.visitsoutheastengland.com/
Old Coastgurad's cottage: http://www.aftonthatch.com/coastguards.html
New Forest: http://www.thenewforest.co.uk/
http://www.brandnewforest.com/twizy/
New Forest vakantieverblijven:
www.newforestholidaylets.co.uk

Visit Britain: http://www.visitbritain.com/nl/NL/
DFDS Seaways: http://www.dfdsseaways.nl/overtochten/
WightLink: http://www.wightlink.co.uk/