Triumph America 2011 testverslag

Share Cruisers. Waren de best verkopende modellen vroeger uitgerust met een cilinderinhoud van om en bij de 750cc, de dag van vandaag lijkt het er sterk op dat ook in die klasse de wedren naar meer longinhoud, koppel en vermogen al langs om meer aan belang wint.
Triumph doet daar met zijn Thunderbird-modellen en zijn Rocket III duchtig aan mee, maar vergeet daarbij zeker het publiek niet dat geen last heeft van megalomanie. Met de America en de Speedmaster biedt het merk namelijk cruisers aan op mensenmaat en dat niet alleen inzake voorkomen maar ook wat betreft cilinderinhoud.
De Triumph America heeft een luchtgekoelde parallel tweecilinder in het vooronder, welke een cilinderinhoud van 865cc laat noteren. De motor heeft niet alleen dezelfde cilinderinhoud als die van de Bonneville, maar bovendien ook de boring en slag verhouding gemeen, de vierklepskop, de brandstofinspuiting en - als je goed kijkt - ook het voorkomen. Toch is er een fundamenteel verschil tussen beide krachtbronnen. Waar de Bonneville een ontstekingsinterval heeft van 360 graden vindt er in de motor van de America om de 270 krukasgraden een ontbranding plaats. En dat heeft zo zijn gevolgen op de manier waarop de motor zijn vermogen afgeeft. De America heeft een minder agressieve manier om zijn krachten te ontplooien. Waar de Bonneville van laag in toeren hard aan het koord wil trekken, doet de America dat iets zachter en dus ook beschaafder.
Maar meer daarover later. De motor van de America is 60 pk sterk bij 6.800 toeren per minuut. De twin perst er bij 3.300 toeren reeds 72 Newtonmeter uit en heeft op het gevoel af een mooi progressief oplopende koppelkromme. Met andere woorden zal deze motor niemand onverwacht op een plotse opstoot van vermogen vergasten; hoe verder je het gas opendraait hoe meer vermogen je krijgt. Inderdaad, een motorkarakter dat geheel past bij de relaxte rijstijl waartoe deze motor zijn bestuurder aanzet. Ga je op de slechts 114 centimeter (zonder de spiegels gemeten) hoge America zitten, dan word je meteen geconfronteerd met een zadelhoogte van maar net 690 millimeter. Je zit met andere woorden laag op deze bijna twee en een halve meter lange motorfiets en voelt zo goed als niets van de 250 kilogram die deze motor rijklaar op de weegschaal zet. Dit niet alleen dankzij de beperkte hoogte van het geheel en de lage zithoogte, maar ook door een laag en centraal geplaatst zwaartepunt. De tweecilinder krachtbron laat in tegenstelling tot de langere V-motoren een betere centralisatie van de massa's toe en dat voel je zowel stilstaand als onderweg.
De America laat zich gemakkelijk hanteren. De zithouding is voor een cruiser beslist niet onaangenaam en is dan ook verrassend ergonomisch. Inderdaad, verrassend, want het merendeel van de cruisers zit dan wel gemakkelijk in de showroom, eens je er een flinke rit mee gaat maken, blijft van die heerlijke, relaxte zit al snel niet veel meer over.
Op de America heb je daar dus geen last van. En dat komt in de eerste plaats door de vorm en de positie van het zadel. Waar de meeste cruisers een zitbank hebben die naar achteren afloopt, is de zetel waar je bij de America op zit zo goed als horizontaal gemonteerd. Het gevolg is dat je veel minder snel met een ronde rug op deze motor gaat rijden, iets wat in cruisermiddens jammer genoeg maar al te vaak het geval is. Met alle gevolgen van dien. Rugklachten, ze zijn vaak niet (alleen) afkomstig van te stroef afgestelde veersystemen…
Ook heeft de America zijn 821 millimeter brede stuur op de juiste plaats staan en heeft men ook de voetsteunen op de juiste locatie vastgemaakt. Daardoor ontstaat in combinatie met goed gekozen verhoudingen een aangename zithouding, waarin je het voor langere tijd kunt uitzingen terwijl je toch genoeg controle over het voertuig behoudt om snel en accuraat op te kunnen treden.
Het stalen buizenframe, de stereo achtervering, de 41 millimeter Kayaba-voorvork; samen met veerwegen van 120 millimeter voor en 96 millimeter achter zorgen ze voor een strakke, stabiele rit. En dat zowel in de bochten als rechtdoor. De America loopt dan ook zo stabiel als een trein over allerlei wegdekken, mede door de degelijke afstelling van zijn veersystemen. Juist genoeg uitgaande en ingaande demping om de zaak zowel strak als comfortabel op de baan te houden, neen, op dat vlak heeft men bij Triumph duidelijk niets meer te leren.
't Is maar als men de snelheid veel hoger laat oplopen dan in ons Belgenland op de snelweg toegelaten is, dat de America laat voelen dat men buiten het bedoelde gebruiksgebied van de motor dreigt uit te komen. Boven de 150 kilometer per uur voelt het voorwiel van de America namelijk wat lichtvoetig aan, zelfs als je bewust totaal niet aan het stuur gaat hangen en dus geen oorzaak kunt zijn van dat (te) lichte stuurgedrag. Maar dat terzijde, wil je de snelle jongen uithangen, dan moet je maar beter geen cruiser kopen, zo simpel is dat… Wat niet wegneemt dat de America echt wel uit de voeten kan en wil. De goed schakelende vijfversnellingsbak staat dat zeker niet in de weg en de puik werkende en licht te bedienen koppeling al evenmin. Bovendien heeft deze cruiser afdoende remkracht in huis, en zelfs niet zo'n klein beetje.
't Is jarenlang ons stokpaardje geweest dat het gros van de cruisers ondermaatse remprestaties liet optekenen, maar met deze America overtuigde Triumph ons dat we niet elke motor van dat type wat dat betreft over dezelfde kam mochten scheren. De 310 millimeter grote schijfrem in het vooronder presteerde het om echt wel snedige remacties uit de mouw te schudden, terwijl de 285 millimeter remschijf achter al even potent uit de hoek kwam. Voeg daarbij dat de dosering van de remmen voorbeeldig was - zowel voor als achter! - en je begrijpt dat het rijden met deze cruiser echt wel nieuwe horizonten opende. Een stevig potje stuur-, rem- en ramwerk; met deze in schaapskleren gestoken America haal je een motor in huis die daar helemaal niet te min voor voelt. Rustig kan natuurlijk ook, want de souplesse van de motor laat schakellui rijden zonder meer toe, terwijl het geboden comfort niet van de minste is.
Het oog wil natuurlijk ook wat. Dus komt het goed uit dat ook deze Triumph netjes en verzorgd is vormgegeven en afgewerkt. De no-nonsense bouwwijze van de America zal veel mensen aanspreken. 't Is enkel jammer dat men bij Triumph blijkbaar gedacht heeft dat de controlelampjes op de tank in een schitterend, blinkend paneel dienden te zitten. Bij mooi weer zie je amper of zo'n lichtje al dan niet aangaat, en omdat ze geheel buiten het natuurlijke gezichtsveld vallen, heb je er echt geen erg in als er eentje gaat branden. Om de klaagzang wat betreft deze motor af te maken: de kilometerteller staat onder zo'n hoek dat je, als je de zon pal achter je hebt, plots door de reflectie van het licht in het glas van de teller verblind kunt worden. 't Gebeurde maar occasioneel, maar toch hadden we dat liever anders gezien.
Maar daarmee zijn ook meteen de enige minpunten aan deze motor ten berde gebracht. Wat ons betreft is de Triumph America een interessante motorfiets die een cruiseruiterlijk aan degelijke en veilige wegligging- en remeigenschappen weet te koppelen. Voeg daarbij een goed zitcomfort voor zowel de bestuurder als de duo, een niet onbelangrijk arsenaal aan officiële accessoires (64 in totaal!) en je weet dat deze motor een vriend voor het leven kan zijn.
Je koopt hem anno 2011 voor de prijs van 8.790 euro. Voor de uitvoering in twee kleuren dient 9.090 euro overhandigd te worden. Meer info over deze motor op http://www.triumphmotorcycles.be.