MV Agusta Brutale R & S 2007 rijindruk

Share Tekst: Louis Weenen.
In Italië slagen ze er keer op keer weer in om motoren te ontwikkelen die op het vlak van design jaren meedraaien aan de top zonder gewijzigd te worden. De MV Agusta stond in 1997 al in het Guggenheim museum van New York en vandaag de dag maakt hij nog steeds het mooie weer met z'n voorkomen. Datzelfde geldt ook voor de naakte Brutale die nu ook in een 910 cc versie verkrijgbaar is. De motoren kregen niet de 1000 cc krachtbron van de F 4, simpelweg omdat 900 cc zelfs al een beetje van het goede teveel is voor dit type motorfiets volgens MV Agusta.
Aan het beschrijven van het uiterlijk van deze motoren moeten we niet teveel woorden vuil maken. De Brutale is schitterend ontworpen en op het eerste gezicht ziet men niet het minste verschil tussen een 750 model en de nieuwe 910 S en R. Enkel de kleuren zijn anders met oranje en parelmoer wit en een rood gelakt klepdeksel op de R versie om te benadrukken dat de nokkenassen en de cilinderkop er nieuw en anders zijn. Naast de benaming op de tank zie je geen verschil tussen de 'gewone' S en de R versie. Wel is het prijskaartje van de R 2.600 euro hoger; daarvoor krijg je een sportiever afgestelde voorvork, de radiale remmen en een set wielen die vier kilogram lichter zijn dan die welke op de S versie zijn gemonteerd. Zowel de S als de R-versie puren 139 pk uit hun 910 cc motorblok, al kan het topvermogen van de R versie door het monteren van een speciale uitlaatkit naar 144 pk worden opgetrokken. De R-versie heeft immers andere nokkenassen en levert daardoor initieel meer vermogen, maar dat vermogen wordt onderdrukt door het standaard uitlaatsysteem dat de motor conform maakt aan de Euro III norm. Door het monteren van de speciale uitlaatkit breng je die extra paardjes prompt tot leven. Dat er andere nokkenassen in de 910 R zitten voel je meteen, de motor reageert bruter op het gas, veroorzaakt meer trillingen in de voetsteunen en het stuur en doet zijn naam dus eer aan. De 910 S rijdt soepeler, wat niet wil zeggen dat dit een lieve, wat saaie jongen is. Beide Brutales zijn net wilde beesten die getemd moeten worden en dat is maar goed ook want zoniet dekte de vlag de lading niet…
Gezeten op de Brutale, valt het je meteen op dat dit beslist geen grote motor wel is. Je zit dicht bij het stuur en een blik in de achteruitkijkspiegels geeft je een perfect beeld van je ellebogen. Veel achterom kijken heeft echt geen zin trouwens op de Brutales want beide naaktlopers scheuren als de beesten… eh, sorry, als de besten. De Brutale R reageert prompt op elke beweging van het gas, hetgeen bij slecht weer en stapvoets rijden soms als vervelend wordt ervaren. Dit ding wil vooruit en nog geen klein beetje. Het smeuïge karakter van de S bezorgde ons minder hartkloppingen op het kletsnatte wegdek maar voor de remmen zaten we dan weer liever op R. De radiale remklauwen zingen dat het een lieve lust is en met één vinger doseer je perfect. De Brutale motoren halen beiden een topsnelheid van om en bij de 260 kilometer per uur maar door het gebrek aan windbescherming is aan deze snelheid rijden met deze schoonheden niet bepaald een pretje. Op de Brutales moet je het veeleer hebben van bloedsnel optrekken, snel sturen en heel laat remmen. Door de korte bouw van de motoren sturen ze zo messcherp dat je eerder 'te' plat zal gaan dan de bocht niet te halen. Zowel met de R als de S versie kan je perfect het circuit op en in dat geval kunnen de piloten op de andere racemonsters maar best in hun achteruitkijkspiegels kijken... al was het maar om het schitterende design van de achterop komende Brutale te bewonderen. De Brutale 910 S kost 16.299 euro, de R-versie komt op 18.999 euro en binnenkort komt er een uitgebreid testverslag van deze schoonheden op motornet.be te staan…